Verzorging

Een langharige vacht verdient wel wat extra aandacht maar ook niet te veel. Te veel borstelen kan de haren breken en men kan er ongewild te veel ondervacht uithalen. Eenmaal in de week de hond uitborstelen is normaal gesproken voldoende. Wanneer de hond in de rui is kan men wat vaker borstelen. Des te eerder is men van de overlast af en wordt de huid geactiveerd om een nieuwe vacht aan te maken.

Bad
De haren komen er wat gemakkelijker uit en wanneer u de hond in deze periode een keer in bad stopt. Natuurlijk nemen we daarvoor een goede hondenshampoo. Zorg er wel voor dat de hond de tijd krijgt om op te drogen. Ik denk hier speciaal aan de wintermaanden. Droog hem zo goed mogelijk af. Eventueel droog föhnen is ook een optie. Maar let op, houdt de föhn niet te dicht op de hond! Met het borstelen begint u bij de staart, u slaat met de hand de haren terug en laat steeds een plukje schieten, welke u uit borstelt. Zo werk u langzaam naar voren tot u alles heeft gehad. Vergeet de buik niet. De bevedering aan de voorbenen kamt u uit.

Oren
De haren achter de oren verdienen speciale aandacht. Daar kunnen zich makkelijk klitten vormen die, als ze er eenmaal zijn, erg moeilijk uit te halen zijn. Knip ze er nooit uit maar pluis het voorzichtig met uw vingers uit. Er is in handel ook een antiklit middel als ook een klittenkam te verkrijgen die het uitpluizen vergemakkelijkt. Door regelmatig er een kam door te halen voorkomt u veel narigheid.

Voeten
Rond de voeten knipt u, wanneer er te veel haarpluimen ontstaan, de haren netjes af. Ook de haren tussen de tenen moet u regelmatig bijhouden. Op deze plaats kunnen zich in de winter sneeuwklonten vormen, die last kunnen veroorzaken. Ook zand blijft er aan kleven, wat op deze manier bij u in de kamer belandt.

Nagels
Wanneer uw hond niet veel op stenen loopt moet u regelmatig de nagels knippen, het liefst met een speciale nageltang die de kans dat u in het “leven” knipt verkleint. Speciaal bij donker gekleurde nagels moet u voorzichtig zijn, daar u daarbij niet kunt zien waar het leven begint. Mocht u onverhoopt toch het leven hebben geraakt, druk er dan een dotje watten op, het bloeden zal vrij snel ophouden en een beetje ontsmettingsmiddel voorkomt een infectie. Schrikt u niet, dit soort kleine wondjes kunnen even hard bloeden.

Voorbenen
Regelmatig (om de 3 a 4 maanden) knipt u bij de voorbenen vanaf de voet tot aan de eeltknobbel de haren weg. Bij de achterbenen laat u dit zitten. Het mooiste gaat dit met een effileerschaar, nadat u de haren los heeft gekamd. Na iedere borstelbeurt controleert u de tanden. Bij de pup kunt u dan vaststellen of hij/zij aan het wisselen is en of de nieuwe tanden niet weggedrukt worden door de melktanden. Dit komt nogal eens voor bij de hoektanden. Mocht 3 maal daags een tabletje Calcium Phosphoricum D6 (VSM) niet binnen twee a drie weken de melktand hebben laten vallen dan is een kleine ingreep van de dierenarts noodzakelijk.

Tandsteen
Bij de volwassen hond kunt u controleren of er zich tandsteen heeft gevormd. U kunt de hond leren tanden te “poetsen” m.b.v. verschillende materialen, die speciaal daarvoor in de dierenwinkel te verkrijgen zijn. Hierbij geldt jong geleerd oud gedaan. Door de hond goed te laten kauwen bijv. op een bot voorkomt u voor een groot deel vormen van tandsteen, het is de natuurlijke manier van tandenpoetsen.

Oren 
Als laatste controleert u de oren en maakt ze, zo nodig, schoon met een vettig watje. Verder moeten we proberen onze huisdieren vrij te houden van ongedierte, in het bijzonder de vlo en de teek kunnen problemen geven. Vlooien zij de gastheer voor de lintworm en de teek is de primaire overbrenger van de vervelende ziekte van Lyme.

Vlooien

  • Voor vlooien zijn meerdere artikelen in de handel verkrijgbaar:
  • poeders: erg arbeidsintensief
  • shampoo: de hond moet regelmatig in het bad
  • druppeltjes voor in de nek: bij fokdieren wordt dit echter afgeraden.
  • homeopathisch middel :het nadeel is meestal dat de vlo er niet aan dood gaat en dus ergens anders (bij ons?!) verder leeft.
  • band of penning: een nadeel hiervan is dat de hond maar ook de mens er allergisch voor kan zijn. Tevens moeten voor het zwemmen de band/penning verwijdert worden anders is de werking voorbij.

Teken
Mocht uw hond toch een teek hebben, dan kunt U deze met een speciaal pincet of pen (in de goede dierenwinkel te verkrijgen) verwijderen. Let Op : De teek vooral niet vooraf verdoven (met alcohol), iets wat vroeger wel als regel toegepast werd. Probeer de teek met een ronddraaiende beweging uit de huid van de hond te halen. Voor de zekerheid doet u, na het verwijderen van de teek, wat ontsmettingsmiddel op het wondje. Wanneer de kop van de teek in de huid is blijven zitten ontsmet u de plek een aantal malen per dag. Uiteindelijk zal het resterende stukje er “uitgroeien”. Zo’n kop zorgt vrijwel nooit voor complicaties, maar moet wel goed in de gaten worden gehouden.